X/Y

In de onderstaande casus staat de tweede tuchtnorm centraal. Klager verwijt verweerder – verpleger en teamleider – als verantwoordelijke voor het rookbeleid, dat de luchtkwaliteit op de afdeling beneden alle peil was. Het Regionaal Tuchtcollege heeft klager echter niet-ontvankelijk verklaard doordat verweerder zich bij het hem verweten handelen of nalaten niet heeft begeven op het terrein waarop hij de deskundigheid bezit, behorende bij zijn inschrijving als verpleegkundige in het BIG-register.

X/Y

Klaagster klaagt over een tandheelkundige behandeling van haar zoon. Zij verwijt verweerster, tandarts, onder andere dat deze meerdere gaatjes in de tanden en kiezen van haar zoon eerder had moeten constateren en daarvoor passende maatregelen had moeten nemen. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart de klacht gegrond en legt verweerster een waarschuwing op. Het Regionaal Tuchtcollege besteedt tevens aandacht aan de dossiervorming van de organisatie.

X/Y

De onderstaande casus heeft betrekking op de vraag of verweerster, bedrijfsarts, zorgvuldig heeft gehandeld door een rapport uit te brengen zonder klager zelf te hebben onderzocht. Het Regionaal Tuchtcollege vindt dat dit niet het geval is geweest en legt verweerster een waarschuwing op.

X/Y

Klager heeft nierstenen in zijn linker urineleider laten vergruizen en ontwikkelt daarna ernstige pijnklachten. Verweerder, uroloog, stelt dat het gaat om kolieken. In een later stadium blijkt klager echter een nierbloeding te hebben. Klager verwijt verweerder een onjuiste en te late diagnose te hebben gesteld, nalatig te zijn geweest bij de behandeling van klager door onder meer onvoldoende lichamelijk onderzoek te doen, niet naar klager te luisteren. Tevens verwijt klager verweerder dat deze niet tijdig een echo heeft laten maken. De klacht is gegrond, verweerder krijgt een waarschuwing.

IGZ/Y

Een arts wordt bij het College van Medisch Toezicht voorgedragen wegens gewoonte van drankmisbruik en misbruik en ontvreemding van middelen (opiaten). In de belangenafweging van het College van Medisch Toezicht komt naar voren dat het algemene belang van de individuele gezondheidszorg moet prevaleren. Daarom volgt doorhaling in het register met onmiddellijke schorsing.

IGZ/Y

Een arts wordt voor het College van Medisch Toezicht voorgedragen wegens diens geestelijke gesteldheid en gewoonte van drankmisbruik. Er volgt gedeeltelijke ontzegging het beroep van arts uit te oefenen en de beroepsuitoefening van de arts wordt gebonden aan bijzondere voorwaarden.

X/Y

Klager heeft een (nier)steen in zijn linker urineleider laten vergruizen. In verband met pijnbestrijding is klager opnieuw opgenomen. Uiteindelijk bleek dat sprake was van een nierbloeding. De in deze kwestie aangeklaagde uroloog, verweerder, wordt een drietal zaken verweten. Zo heeft verweerder volgens klager geen kennis van zaken over de mogelijke complicaties na een ESWL-behandeling en de betekenis van labuitslagen, heeft verweerder zich hoogmoedig en neerbuigend gedragen en is verweerder nalatig geweest bij de behandeling van klager door onjuiste advisering, het stellen van een onjuiste diagnose en geen, althans niet direct, een echo te maken. Het RTG wijst de klacht af.

X/Y

Klager verwijt GZ-psycholoog (verweerster) het onvoldoende afhandelen van de door klager vooruitbetaalde vergoedingen voor de behandelingen van zijn dochter (gegrond) en het inzetten van onvoldoende opgeleid personeel bij de behandeling van de enkelvoudige ernstige dyslexie (ongegrond). Het op eigen initiatief sluiten van het DBC zonder klager daarover te informeren is uiterst onzorgvuldig. Verweerster had klager duidelijk moeten informeren over de consequenties van het stopzetten van de behandeling en het sluiten van het DBC. Het RTG komt tot de conclusie dat de communicatie zeer onzorgvuldig is geweest, dat de psycholoog geen inzicht in eigen handelen toont en dat het medisch dossier zeer beneden de maat is. De psycholoog krijgt een berisping.

X/Y

Een gynaecoloog (verweerster) wordt verweten dat zij de sterilisatie-ingreep bij klaagster niet goed heeft uitgevoerd waardoor klaagster alsnog zwanger is geraakt. Het enkele feit dat klaagster zwanger is geworden betekent niet dat verweerster de ingreep onjuist heeft uitgevoerd. Er zijn geen andere feiten en omstandigheden aangevoerd op grond waarvan medisch onzorgvuldig handelen door verweerster moet worden aangenomen. Verweerster was bekwaam om de ingreep zelfstandig uit te voeren onder beperkte supervisie. De supervisor was gedurende de ingreep in de OK aanwezig. Er is niet gebleken of aannemelijk geworden dat de informatieverstrekking aan klaagster niet juist was dan wel dat verweerster had moeten begrijpen dat de informatie voor klaagster niet duidelijk was. De klacht is ongegrond.

X/X

Dit geschil heeft betrekking op niet-betaalde facturen voor een medische behandeling door een psychiater. De patiënt is er, na de behandeling, achter gekomen dat zijn zorgverzekeraar de behandeling niet vergoedt. In hoger beroep bestrijdt de patiënt dat een geneeskundige behandeling naar Nederlands recht is overeengekomen. Volgens het hof is echter wel een geneeskundige behandelingsovereenkomst tot stand gekomen. Het hof wijst op de eigen verantwoordelijkheid van de patiënt om na te gaan of een zorgverzekeraar een behandeling vergoedt. Het uitgangspunt is dat de patiënt zelf nagaat of de zorgverzekeraar een behandeling vergoedt, en of hij, indien dit eventueel niet zo is, zelf de kosten van een behandeling kan dragen.