IGZ/Arts
De IGZ dient een klacht in tegen een arts, werkzaam bij een GGZ-instelling, die een intieme relatie met een patiënt van die instelling aangaat, die hij op dat moment niet behandelt, maar enkele jaren daarvoor bij een andere GGZ-instelling wel heeft behandeld. Tevens heeft de arts het medisch dossier van de patiënt tientallen keren ingekeken zonder dat sprake was van een behandelrelatie. Het RTG oordeelt beide klachtonderdelen gegrond en oordeelt, onder andere gezien de ernst van de verweten gedragingen en om herhaling van het gedrag te voorkomen, doorhaling als de enig passende maatregel.
Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven, 19-04-2017